Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Geboorterecht: Ivy Granger Paranormale Detective
Geboorterecht: Ivy Granger Paranormale Detective
Geboorterecht: Ivy Granger Paranormale Detective
Ebook355 pages4 hours

Geboorterecht: Ivy Granger Paranormale Detective

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Winnaar van de BTS Red Carpet Award voor Beste Roman en van de PRG Reviewer's Choice Award voor Beste Urban Fantasy Roman.

Een elfenprinses zijn, is helemaal niet wat je ervan zou verwachten...

Ivy moet naar de Elfenwereld, maar de toegangspoort tot het Hof der Dwaallichten ligt in Tech Duinn, het huis van Donn - de Keltische god van de doden. Dat moest haar weer overkomen.

Ze kon haar geheim onmogelijk delen met Jinx, en Jenna was weggeroepen voor zaken van de Jagersgilde. Ivy moest dus vertrouwen op Ceff en Torn om haar naar de deur van de Dood te leiden en weer terug, letterlijk. Alsof dat niet gevaarlijk genoeg was, weet je nooit welke verschrikkingen het Elfenrijk in petto heeft. Jammer dat het Hof der Dwaallichten de enige aanwijzing was die Ivy had in de zoektocht naar haar vader - en haar mogelijke redding.

Misschien was zich verbergen om de sidhe-moordenaars te ontwijken toch niet zo'n slecht idee...

"Geboorterecht is een absolute aanrader."
-My Urban Fantasies

"De hel kent geen woede als die van een nijdige dwaallichtprinses."
- Sapphyria's Book Reviews

"Een sterk staaltje schrijven, oprechte personages en snelle, heftige actie."
- If You Only Knew

"Sterk aan te bevelen voor volwassen liefhebbers van urban fantasy/fantasy!"
- Rabid Reads

Geboorterecht is de vierde volledige roman in de bekroonde Ivy Granger urban fantasy-serie van E.J. Stevens. De wereld van Ivy Granger, met inbegrip van de Ivy Granger Paranormaal Detective-serie en de serie De Jagersgilde, is gevuld met actie, mysterie, magie, donkere humor, eigenaardige personages, bloedzuigende vampieren, flirterige demonen, sarcastische waterspuwers, sexy gedaanteverwisselaars, temperamentvolle heksen, psychotische elfen, en brutale, hartstikke leuke heldinnen.

LanguageNederlands
Release dateJun 1, 2023
ISBN9781667457710
Geboorterecht: Ivy Granger Paranormale Detective

Read more from E.J. Stevens

Related to Geboorterecht

Related ebooks

Related articles

Reviews for Geboorterecht

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Geboorterecht - E.J. Stevens

    Inleiding

    Welkom in Harborsmouth, waar monsters over straat lopen, onzichtbaar voor het oog van de mens... behalve voor wie een 'helder zicht' heeft.

    Of u nu onze moderne zakenwijk bezoekt of de geplaveide straatjes van de oude havenwijk verkent, geniet van uw verblijf. Wanneer u naar huis terugkeert, vertel dan aan uw vrienden over onze prachtige stad, maar laat de bovennatuurlijke details beter achterwege.

    Maakt u zich geen zorgen, de meeste van onze gasten ervaren nooit iets ongewoons. Wezens uit de Andere Wereld, zoals elfen, vampieren en ghouls, zijn meesters in het zich verbergen in de schaduw. Velen van hen zijn ook erg bedreven in het uitwissen van herinneringen. Het is mogelijk dat u midden in de nacht schreeuwend wakker wordt, maar u zult zich niet herinneren waarom. Wees blij dat u het niet meer weet, u bent een van de gelukkigen.

    Als u toch iets onnatuurlijks ervaart, hebt u tijdelijk even pech. Normaal raden we de diensten aan van Ivy Granger, Paranormaal Detective. Jammer genoeg is mevrouw Granger onlangs overleden.

    Misschien kunnen we uw interesse wekken in lokaal vastgoed. Nu mevrouw Granger dood is, wordt u waarschijnlijk een van onze vaste inwoners. We verwijzen u graag door naar onze makelaar Harborsmouth Cemetery. Het is nooit te vroeg om hen te contacteren, want we hebben een bloeiende huisvestingsmarkt. De vraag naar een plaatselijk stukje grond is vrij hoog. De mensen hier koesteren een dodelijk verlangen naar een verblijfplaats.

    Hoofdstuk 1

    Ik trok een grimas naar de noedels die me met hun rubberachtige textuur spottend aanstaarden vanuit de zoute bouillon, en duwde de dampende kom met gehandschoende handen van me weg. Mijn maag gromde, maar ik negeerde het en pakte in plaats daarvan een kop koffie.

    Meisje, als je die smurrie blijft drinken zonder voedsel in je maag, vraag je gewoon om rotte darmen, zei Jinx. Ze leunde met een heup tegen het aanrecht en wees naar me met een roodgelakte nagel. Eet je avondeten op.

    Jinx was mijn moeder niet, maar soms gedroeg ze zich zo. Normaal gesproken verdraag ik haar bazigheid zonder al te veel gemopper. Nou, misschien met een beetje gemopper, maar als het op eten aankwam, deed ik meestal wat ze zei. Jinx was mijn beste vriendin, daarom waren we huisgenoten en zakenpartners.

    Tot voor kort was Jinx ook de enige persoon in mijn leven die erom gaf of ik nog leefde of zelfs ademde - dat dacht ik toch. Dus wanneer ze zich druk maakte over mij, voelde ik me stiekem helemaal warm en wollig vanbinnen. Ik hield niet van aangeraakt worden, aangezien ik werd opgezadeld met de vloek van de psychometrie. Voorwerpen verzamelen net als mensen, psychische herinneringen en al die sterke emoties - die meestal ook traumatisch zijn - wachten op iemand zoals ik om contact te maken.

    Daarom at ik normaal gesproken eender wat Jinx voor me neerzette, zonder vragen te stellen. Vandaag niet. Als ik nog één kom ramen of een bord met macaroni en kaas moest opeten, zou ik kotsen.

    Ik worstel liever met een stinkende, bruisende jincan-koningin, mompelde ik.

    Nou, het zal nog wel even duren voor je weer met de elfen kan worstelen, antwoordde ze. Zeker nu je dood bent.

    Ik zuchtte en staarde naar de kom met noedels, maar zelfs al negeerde ik haar, het maakte wat ze zei niet minder waar. Wat de elfen betrof, was ik dood. Vorige maand stuurden de elfenhoven hun Moordenaars om mij uit de weg te ruimen als straf voor mijn zogenaamde misdaden tegen het elfenras. Het was tegen de elfenwet om het bestaan van wezens uit de Andere Wereld kenbaar te maken aan normale mensen.

    Elfen zijn onsterfelijk, maar ze konden nog steeds worden uitgeroeid als mensen zich bewust waren van de monsters die in hun midden leefden en zouden besluiten om het tegen hen op te nemen. Daarom was het zo belangrijk dat we ons met glamour beschermden.

    Dus toen het elfenhof ontdekte dat ik hun wet, al dan niet opzettelijk, had overtreden, gaven ze de Moordenaars het bevel mij te vermoorden. En Moordenaars zijn echt heel goed in hun job. Ze schoten giftige pijlen recht door mijn hart, nieren en lever, en lieten me voor dood achter.

    Humphrey was een van de redenen waarom mijn moordenaars niet hadden gewacht om mijn dood vast te stellen. Ze waren dus ook niet in de buurt geweest toen mijn vrienden me een magische appel lieten eten die me weer tot leven bracht. Ik moest hem daar ooit voor bedanken, hoewel ik niet graag in het krijt sta bij een waterspuwer. Een typische situatie tussen wal en schip.

    Goed, ik maak wel macaroni met kaas voor je, zei Jinx met rollende ogen. Maar we hebben geen melk en boter meer. Het is maar dat je het weet. Dus het zal waarschijnlijk niet echt lekker zijn.

    Nee, doe geen moeite, zei ik. Ik eet morgen wel macaroni met kaas.

    Ik was niet van plan om morgen of eender wanneer nog eens van dat spul te eten, maar dat wist Jinx niet. Bij Mabs botten, ik verhonger nog liever.

    Er ligt nog een proteïnereep in mijn slaapkamer, zei ik schouderophalend.

    Dat is geen eten, zei ze, en keek me recht in de ogen.

    Dit ook niet, zei ik en duwde de kom verder weg. Wil jij het?

    Jinx staarde naar de kom en trok haar neus op.

    Echt niet, antwoordde ze.

    Ik grinnikte en schudde mijn hoofd. Jinx had de hele week over haar maaltijden lopen opscheppen, maar ze was de noedels net zo beu als ik. Zo geniepig was mijn beste vriendin nu eenmaal.

    Sparky! schreeuwde ik. Heb je honger?

    De kleine demon kwam onze badkamer uit gerend met toiletpapier aan zijn lange oren. Hij klom snel op de hoge barkruk naast me. Met een vrolijk piepje sprong hij op het aanrecht en deed een kronkelend dansje.

    Ja, ja, ja, ja! zong hij.

    Ik reikte naar het plastic bestek dat we bij de hand hielden voor Ceff, mijn vriendje en de lokale kelpiekoning, maar Jinx schudde haar hoofd.

    Wacht even, zei ze. Ze kneep haar ogen samen en wees met een pollepel naar Sparky. Wat heb jij uitgespookt? Heb je weer in het toilet gespeeld?

    Forneus beweerde dat Sparky op een dag zou uitgroeien tot een reusachtige demonenmeester, hoewel dat moeilijk te geloven was. Hij was zo klein als een chihuahua met een hangbuik en haalde net zoveel kattenkwaad uit. Sinds vorige week was hij schatten beginnen verstoppen in het toilet die gered moesten worden door Sparky, de speleoloog en ontdekkingsreiziger. Helaas was een van die schatten Jinx' tandenborstel.

    Neeeee, zei hij.

    Hij bloosde en glimlachte verlegen naar Jinx.

    Waarom heb je dan toiletpapier als een bloemenkrans in je oren hangen? vroeg ze en probeerde het papier uit zijn oren te plukken.

    Geen toilet, gekkie, zei hij. Vuilnisbak!

    Ik wreef met een gehandschoende hand over mijn gezicht en probeerde niet te lachen. Sparky had de wonderen van het vuilnisbakje in de badkamer ontdekt. Red ons, Oberon.

    Oh mijn God, jakkes! piepte Jinx en liet het toiletpapier vallen alsof het haar vingers verschroeide.

    Jakkes! schreeuwde Sparky, terwijl hij lachend Jinx na-aapte.

    Als het lijkt op zijn spelletje met het toilet, propte hij waarschijnlijk het toiletpapier in de vuilnisbak en niet andersom, zei ik. Het toiletpapier is waarschijnlijk schoon.

    Het betekende ook dat hij waarschijnlijk in het vuilnisbakje had zitten snuffelen, wie weet wat hij met zijn blote handen had zitten uitpluizen. Blijkbaar was Jinx tot dezelfde conclusie gekomen.

    Ga je handen wassen, zei ze, wijzend naar de gootsteen. En niet meer in de badkamer spelen.

    Dan eten? vroeg hij.

    Dan mag je Ivy's noedels opeten, zei ze. Schiet maar op, voordat ze koud worden.

    Sparky hopte naar de gootsteen. Hij leunde naar voor om de kraan open te draaien en al snel zat hij onder het stromende water te spelen alsof het een tuinsproeier was. Jinx keek chagrijnig naar de puinhoop die de demon maakte van haar keuken, maar ik schudde mijn hoofd en glimlachte.

    Laat hem toch plezier maken, zei ik. We kunnen de noedels later weer opwarmen.

    Je moet hem niet zoveel zout geven, klaagde ze. Als hij een hond was, zou hij ondertussen al een hoge bloeddruk hebben.

    Ik haalde mijn schouders op. Het jochie zag er goed uit, hoewel ik natuurlijk niet kon zien of hij een hoge bloeddruk had of niet. Zijn huid was altijd rood getint.

    Hij is een demon, zei ik. Dat voedsel is veel schadelijker voor ons dan dat het iets met hem doet.

    Ik keek naar de kom met noedels alsof het tentakels waren die elk moment omhoog konden kronkelen en me wilden aanvallen.

    Als je weer echt voedsel wilt eten, moeten we wat geld gaan verdienen, zei ze. Dat, of we moeten aan ons noodfonds zitten. Oh wacht, dat kan niet. Iemand heeft dat al uitgegeven.

    Ik zuchtte. Ze had wel een beetje gelijk dat ze boos op me was, maar ik had geen keuze.

    Je weet dat ik mijn vader moet vinden, zei ik. Hij is mijn enige hoop om mijn dwaallichtkrachten onder controle te krijgen en mijn naam te zuiveren bij de elfenraad.

    Zolang ik niet kon bewijzen dat ik geen bedreiging vormde voor de elfengemeenschap, moest ik dood blijven. We hadden al snel ontdekt dat dit een zware klap was voor ons inkomen. Het is moeilijk om aan een zaak te werken als je onder de groene zoden hoort te liggen.

    Laat mij toch wat zaken aannemen, zei Jinx. Ik kan het veldwerk doen, en jij kunt van thuis advies geven. Als ik je magische aanraking nodig heb, weet ik je wel te vinden.

    Ik schudde mijn hoofd en zwaaide met mijn handen.

    Geen denken aan, zei ik.

    Luister, ik maak gewoon een afspraak met de klanten en zorg dat we alle details hebben in verband met de zaak, zei ze. Als ik elfenzalf opdoe, kan ik zien of ze niet menselijk zijn.

    De ingrediënten om elfenzalf te maken waren duur. Als Jinx bereid was om haar laatste zalf op te gebruiken, wist ik dat ze het serieus meende. Dat maakte de discussie veel moeilijker.

    Niet dat ik het zou opgeven. Wat Jinx niet wist, en wat ik aan niemand mocht vertellen, was dat ik een sleutel had van een van de geheime poorten die naar de Elfenwereld leidden. Het pad naar die poort openbaarde zich enkel tijdens de zomerzonnewende - een datum die snel naderde. Als we nu een zaak zouden aannemen, kon ik maar voor een paar dagen helpen. Daarna stond Jinx er alleen voor, misschien wel permanent.

    Elfenzalf werkt niet op de ondoden, zei ik.

    Vampieren hadden hun eigen glamour, een waar elfenzalf niet doorheen kon dringen. Ik slaakte een diepe, bevredigende zucht. Ik wist zeker dat ik dit gevecht zou winnen.

    Ik zal alleen overdag zaken doen, zei ze.

    Verdorie. Daar had ik niet aan gedacht. Ik schraapte mijn keel en probeerde een andere reden te bedenken zodat mijn beste vriendin zichzelf niet in gevaar zou brengen. Ik was er vrij zeker van dat een uitspraak als: voedsel wordt zwaar overschat geen effect zou hebben.

    Het is te gevaarlijk, zei ik.

    Met glunderende ogen tilde ze haar kin op, trok haar schouders naar achteren en leunde naar me toe, haar handpalmen gespreid op het aanrecht.

    Laat mij dit doen, smeekte ze. Alsjeblieft.

    Verdomme. Ik zakte onderuit en legde mijn hoofd in mijn handen. Het was de 'alsjeblieft' die het deed. De afgelopen maand had Jinx geprobeerd te bewijzen dat ze nog steeds dezelfde stoere vrouw was als voor de aanval. Het feit dat ze zich nu kwetsbaar opstelde, bewees hoeveel dit voor haar betekende.

    Oké, goed dan, zei ik. Maar ik laat je dit niet alleen doen. Geen afspraken met klanten zonder mij.

    We zouden zeker moeten overwerken zodat ik de zonnewende niet misliep, maar ik had al vaker 24 uur per dag gewerkt. Zolang Jinx me vol bleef pompen met koffie, konden we wel een klus klaren voor mijn verdwijntruc.

    Je kan niet naar het kantoor komen, zei ze met een frons. Dat is te gevaarlijk.

    Dan moeten we er gewoon voor zorgen dat niemand me ziet, antwoordde ik.

    Hoofdstuk 2

    Ik gaf mezelf een elleboogstoot een huiverde. Ik had erop gestaan om Jinx te vergezellen naar Private Eye voor haar afspraak met een klant. Jammer genoeg was ons kantoor aan de kleine kant en waren er niet zoveel plekken waar ik me kon verbergen. Ik ging verzitten en belandde met mijn kont op een losse schroef die uit de achterwand van de kast stak waar ik momenteel in gehurkt zat. Ik draaide met mijn ogen en hoopte dat het scherpe metaal mijn jeans niet had gescheurd. Het laatste wat ik nu nodig had was een visioen.

    Ik zuchtte. Ik had hier wat beter over moeten nadenken. Ik zat hier zo vast ingeklemd, dat ik al een kramp had in mijn nek en mijn benen gevoelloos waren geworden. Nog twintig minuten en ik zou me helemaal niet meer kunnen bewegen, wat betekende dat als er een groot, boosaardig, bovennatuurlijk wezen ons kantoor binnenliep, ik niet zou kunnen helpen. Misschien was de kast niet het enige met een losse schroef.

    Ik was achterdochtig en ik was me ervan bewust. Jinx had in het verleden ook afspraken gemaakt met onze klanten. Ze was er goed in om dingen in haar eentje te doen. Dat bazige trekje van haar zorgde ervoor dat vergaderingen altijd op schema bleven en een stabiele cashflow naar onze bankrekening stroomde. Maar ze had nog nooit gedaan alsof ze de zaak alleen runde.

    Dat was het gedeelte dat me zorgen baarde. Ze was altijd mijn partner geweest voor het papierwerk, de behulpzame administratieve assistente. Nu deed ze zichzelf voor als een paranormale detective - een titel die heel wat krankzinnigen lokte. Mijn plaats innemen kon haar in gevaar brengen. Daarom had ik liever dat ze zich beperkte tot het beantwoorden van telefoons en mij commandeerde. Was voedsel echt zo belangrijk dat we van baan moesten wisselen?

    Jinx' rol in het kantoor was niet het enige dat onlangs was veranderd. Tot vorige zomer bestond onze klantenkring grotendeels uit mensen. Maar na een gevecht met vleesetende elfenpaarden die kelpies op My Little Pony deden lijken, was ons klantenbestand veranderd. De elfen wisten nu dat ik een waardevolle bondgenoot kon zijn, of een machtige vijand.

    Helaas dachten ze ook dat ik dood was. Dat zorgde ervoor dat mijn menselijke partner blootgesteld werd aan potentieel dodelijke monsters, die dachten dat ze hier zat zonder versterking. Ik stond net op het punt mezelf te bevrijden uit mijn zelfgekozen gevangenis toen de bel boven de kantoordeur rinkelde.

    Ik hield mijn adem in en deed mijn best geen spier te verroeren. Met een beetje geluk, was Jinx' klant een weerloos mens met een alledaagse baan. De bel boven de deur rinkelde maar één keer, wat betekende dat we waarschijnlijk te maken hadden met slechts één tegenstander, euhm, klant.

    Welkom bij Private Eye... begon Jinx. Haar stem haperde. Ik kon niets zien door de smalle spleet waar ik doorheen tuurde, dus deed ik de kastdeur een beetje verder open. Ik ging opnieuw verzitten, klaar om haar te hulp te schieten - of tenminste haar aanvaller te bespringen - toen het volgende woord me de pas deed inhouden. Pap?

    Ik had Jinx' vader nooit ontmoet, maar voor zover ik kon zien, was hij een grote, forse man met een donkere baard en meer tatoeages dan zijn dochter. Hij trok een honkbalpet van zijn hoofd, haalde zijn met vet besmeurde vingers over een kale plek en zuchtte.

    Sorry dat ik je stoor op je werk, zei hij. Zeker na alles wat er is gebeurd. Mijn innige deelneming, lieverd.

    Jinx verstijfde en knipperde met haar ogen naar haar vader. Voor het eerst in haar leven was ze sprakeloos. Ik wist dat onderduiken en het verhaal van mijn dood in stand houden, lastig zou zijn. Wat ik niet had gepland was het effect dat dit geheim had op mijn vrienden en geliefden. Jinx verbleekte en staarde naar haar bureau, ze zette de pennen en stapels papier recht die ze al met militaire precisie had klaargelegd.

    Haar vader verwarde haar ongemak met verdriet, hij kwam dichter naar haar toe en trok Jinx in een knuffel. Mijn vriendin stond daar met een rood aangelopen gezicht, en ik wist dat ik iets moest doen. In tegenstelling tot volbloed elfen, kunnen mensen wel leugens vertellen, maar dat betekende niet dat liegen tegen haar vader een makkie was.

    Euh, het is goed, zei ze, terwijl ze haar vader zachtjes van zich afduwde en weer aan haar bureau ging zitten. Is dat waarom je hier bent?

    Dit was mijn zooitje. Ik moest iets doen om het recht te zetten.

    Jinx bleef naar haar bureau staren en ik keek naar de deur, me afvragend waar onze klant was. Iets, of iemand, had om een ochtendvergadering gevraagd. Als ik snel genoeg was, kon ik mezelf misschien onthullen aan Jinx' vader, hem een korte uitleg geven over mijn huidige situatie, en hem tot strikte geheimhouding doen zweren, voor ik mezelf terug in deze kleine houten kast zou wringen tot onze klant arriveerde. Oké, die kans was klein, maar ik kon Jinx niet in de steek laten.

    Eigenlijk, lieverd, zei hij. Ben ik jouw afspraak van tien uur. Hij friemelde met zijn hoed in zijn handen en bloosde, zijn neus werd fel rood. Ik heb je hulp nodig.

    Met veel lawaai tuimelde ik uit de kast en viel op de grond vlak aan meneer Braxtons voeten. Het was geen sierlijke entree, maar ja, hij leek zich meer zorgen te maken over het feit dat er net een dode vrouw uit onze kast was gerold.

    Ik kreunde, krabbelde op één knie overeind en zwaaide naar Jinx' vader. Ik wierp een blik op het grote raam dat op straat uitkeek, maar er lagen geen monsters op de loer, en dankzij het bureau bleef ik goed uit het zicht. Ik trok de capuchon van mijn sweater over mijn hoofd en stopte mijn gehandschoende handen in mijn zakken, maar ik hield mijn gezicht afgewend van de ramen.

    Neem me niet kwalijk als ik u geen hand geef, zei ik. Het is niets persoonlijks.

    Geeft niks, stotterde hij. Mijn dochter heeft me verteld over je... aandoening.

    Goed. Als Jinx haar vader had verteld dat ik paranormaal begaafd was en hij geloofde dat, dan zou hij waarschijnlijk iets ontvankelijker zijn voor wat ik hem nu ging vertellen.

    Jinx, trek je even de gordijnen dicht en doe je de deur op slot? vroeg ik.

    Tuurlijk, zei ze, gretig om iets om handen te hebben en bezig te blijven.

    Het spijt me dat ik jullie afluisterde, maar ik wist niet wie voor deze vergadering zou komen opdagen, zei ik. En ik kon Jinx niet in haar eentje laten. Er lopen gevaarlijke mensen rond, en wezens die geen waarde hechten aan mensenlevens.

    Zijn deze gevaarlijke mensen de reden waarom je voor dood speelt? vroeg hij.

    Ik knikte en nam het gespierde lichaam van de man in me op, evenals de overall die onder de vlekken zat. Er zat vuil onder zijn vingernagels en zijn handen en armen waren bedekt met kleine littekens. Hij was een man die werkte met zijn handen, maar het meest indrukwekkende waren zijn intelligente, sprankelende, blauwe ogen. Ik kon me voorstellen dat zo'n man gemakkelijk werd onderschat, als je hem niet in de ogen keek. Te oordelen naar zijn lengte, deden de meeste mensen dat waarschijnlijk niet.

    Ik glimlachte en gebaarde dat hij moest gaan zitten.

    Er zijn mensen die me dood willen, zei ik. Het is beter als ze denken dat hun wens in vervulling is gegaan, voorlopig tenminste.

    Mensen die je dood willen, brengt je dat altijd in zo'n goede bui, juffrouw Granger? vroeg hij.

    Nee, bekende ik. Ik ben gewoon blij om eindelijk de vader van Jinx te ontmoeten. U zelf een bezoekje brengen was niet echt een mogelijkheid. Oude en gebruikte dingen hebben de neiging om me te achtervolgen zeg maar.

    Hij grinnikte, ging zitten en sloeg met zijn hoed op zijn dij, die zo dik was als een boomstam.

    En ik dacht dat je gewoon niet van een schroothoop hield, zei hij.

    Alleen omwille van de complicaties, zei ik.

    Een vuilnisbelt gevuld met puin en afval van honderden, misschien zelfs duizenden levens, deed me trillen van angst. Sommige mensen zijn bang van de dood, maar ik? Ik was doodsbang voor de waanzin die op de loer lag in oude voorwerpen, de herinneringen van hun vorige eigenaars die lagen te popelen om mijn gezond verstand aan te tasten.

    Oké, pap, zei Jinx, terwijl ze achter haar bureau plaatsnam. Ze had de deur op slot gedaan en de rolluiken laten zakken. Waarom ben je hier? Wat is er aan de hand?

    Iemand heeft ingebroken op de schroothoop, zei hij met een frons. En ik denk niet dat het mensen waren.

    Ik veegde papierstof en inkt van mijn jeans en wiebelde zachtjes heen en weer op mijn hielen. We hadden haastig de rekken en kantoorbenodigdheden uit de kast gehaald vanmorgen, maar hadden niet de moeite genomen om de kast schoon te maken voordat ik erin was gekropen. Ik fronste naar een donkere plek op mijn jeans. Die inktvlek zou er moeilijk uit te krijgen zijn.

    Jammer genoeg was dat niet het enige waar ik me zorgen over hoefde te maken.

    Hoofdstuk 3

    "Waarom denkt u dat die dieven geen mensen waren?" vroeg ik.

    De vraag was gericht aan de vader van Jinx, maar terwijl hij over de vraag nadacht, trok ik een wenkbrauw op naar zijn dochter. Ze beeldde hoektanden en hoorns uit met haar vingers, knikte en haalde haar schouders op. Blijkbaar had ze wat van haar kennis over paranormale wezens gedeeld met haar vader. Hoewel ik eerlijkheid op prijs stel, was dat soort informatie behoorlijk gevaarlijk. De meeste elfen en ondoden gingen tot het uiterste om hun geheim te bewaren, en veel van de langlevenden hadden geen last van moraal of een geweten. Ze zouden Eben Braxtons nek breken en zichzelf een schouderklopje geven voor een goed uitgevoerde klus.

    Ik moest hen daar allebei aan herinneren. Maar eerst moest ik me op de zaak concentreren, een waar ik al tegenop begon te zien.

    Wacht, kunt u dat even herhalen? vroeg ik.

    Ik zei, ze lokten mijn nachtwaker weg met een soort zwevend licht, zei hij en haalde een hand door zijn haar. Het was onnatuurlijk.

    Ik beet op mijn lip en probeerde het krampachtige gevoel in mijn maag te negeren. Ik hield mezelf voor dat ik te veel koffie had gedronken en te weinig had gegeten. Meer niet. Maar een kleine verraderlijke stem in mijn hoofd had de link al gelegd tussen het onnatuurlijke zwevende licht en mijn dwaallichtbroeders.

    Ik schudde het groeiende gevoel van angst van me af en concentreerde me op mijn werk. Eender wat kon een vreemd licht werpen op een schroothoop. Het was waarschijnlijk gewoon het maanlicht dat reflecteerde op het metaal, of vuurvliegjes, of een verandering in het weerpatroon. Het was winderig gisteren. Misschien had de wind wat rommel verschoven, waardoor het licht weerkaatste en danste.

    Hoelang is dit al gaande? vroeg ik.

    Ongeveer twee weken, antwoordde hij.

    Nou, dat sloot het recente winderige weer uit. Maar het betekende nog niet dat we met dwaallichten te maken hadden. Er bestonden andere nachtwezens die graag mensen voor de gek hielden.

    Het begon allemaal toen de hond van Bruce vermist raakte, hoewel we pas een verband zagen na wat er later gebeurde, vervolgde hij.

    Bruce? vroeg ik.

    Papa's beste nachtwaker, zei Jinx.

    Weet je zeker dat Bruce er niks mee te maken heeft? vroeg ik. Misschien heeft hij het verlies van zijn hond in scène gezet en over het licht gelogen?

    Nee, zei hij en schudde zijn hoofd. Hij is een goede man. En ik heb geen bewijs dat er iets werd gestolen. Het is echt eigenaardig.

    Er is niets verdwenen? vroeg ik.

    Met al het oude metaal op de schroothoop, kreeg ik een vermoeden dat we misschien te maken hadden met gremlins. Ik had zelf nog nooit met dit soort plaaggeesten te maken gehad, maar van wat ik had gehoord waren ze een van de weinige elfenrassen die met ijzer om konden gaan. Sommigen beweerden dat ze zelfs een voorliefde koesterden voor technologie, of in ieder geval voor vliegtuigmotoren van het begin van de twintigste eeuw. Meer dan

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1